Reuma

Reuma wordt in de gewone geneeskunde in drie groepen ingedeeld.

De eerste groep kenmerkt zich door langdurige ontstekingen. De meest voorkomende soort is reumatoïde artritis. Bij deze vorm van reuma is ons afweersysteem ontregeld, dusdanig dat de afweer zich richt tegen (delen van) ons eigen lichaam. Dit noemen we auto-immuunziekten.

Een speciale vorm is de ziekte van Becherew, waarbij de ontstekingen in de gewrichten van bekken en wervelkolom bevindt.

Tenslotte zijn er een aantal systeemziekten, zoals de ziekte van Sjögren, sclerodermie en SLE (systemische lupus erythematosus), waarbij gewrichtsonstekingen deel zijn van een ziektebeeld, waarbij de ontstekingen ook op andere plaatsen kunnen zitten (bijv. huid, nieren, longen). Ook dit zijn auto-immunziekten.

Artrose is een aandoening waarbij de kwaliteit van ons kraakbeen, met name in handen, heupen en knieën geleidelijk aan achteruit gaat. Alleen al in Nederland hebben 650.000 mensen hier last van.

Bij weke delen reuma zijn niet de gewrichten zelf, maar juist het omliggende weefsel , zoals kapsel, banden, pezen en slijmbeurzen aangedaan. De oorzaak is vooral overbelasting.

De homeopathisch arts kent deze indeling meestal ook, maar zal toch vooral aandacht besteden aan zaken die in de gewone geneeskunde minder van belang zijn.

Hij zal vragen naar de periode waarin de klachten zijn ontstaan, de manier waarop ze zijn ontstaan (bijv. welke gewrichten eerst, of ze vaak verspringen qua lokatie etc.), wat voor soort pijn ermee gepaard gaat en wanneer deze vooral optreedt (bijv. in rust, bij beweging, ’s nachts etc.).

Op dit hele patroon van klachten zal hij dan de keuze van het geneesmiddel afstemmen.

Omdat reumatische klachten onder de zogenaamde auto-immuun ziektes vallen, wordt tegenwoordig vaak in de homeopathie gedacht aan een behandeling met middelen uit de reeks van de lanthaniden. Echter onderstaande voorbeelden, die al langer terug liggen, laten zien, dat dit lang niet altijd het geval is en ook andere middelen nodig zijn. Kortom het blijft zaak onbevooroordeeld te zoeken naar het best passende middel.

Voorbeeld 1 uit de praktijk.
Een drukke NS medewerker komt een half uur later op zijn eerste afspraak. Sinds anderhalf jaar heeft hij last van warme opgezette gewrichten (eerst de vingers en handen, later knie en tenslotte ook de voeten) en de reumatoloog is nu begonnen met redaura (een goudpreparaat).

Dit is niet bepaald een middel van eerste keus, de bijwerkingen kunnen behoorlijk erg zijn, maar alle andere medicatie heeft niet geholpen en de klachten nemen alleen maar toe.

Veel tijd hebben we niet en hij vertelt mij over zijn moeilijks situatie op zijn werk. Hij heeft een nieuwe chef, die de mensen tegen elkaar uitspeelt en hij voelt zich persoonlijk door hem gekrenkt. Hij gaat er hard tegen in. Maar het gevolg was wel dat hij zelf last van hartkloppingen en benauwdheid kreeg.

Wat zijn klachten betreft is hij gevoelig voor regen en koude, Weersomslag voelt hij al van tevoren, maar koude op de gewrichten is prettig en plaatselijke warmte maakt de klachten erger.

Doordat mij de combinatie van hartklachten en reumatische klachten opviel en daarbij het feit dat de klachten zich van boven naar beneden leken te gaan (eerst de handen, uiteindelijk de voeten) koos ik voor het middel Kalmia.

Kalmia is een plant die hoort bij de heideachtigen. Dit zijn planten, die kunnen groeien op een arme bodem. Uit latere gesprekken met hem bleek, dat hij vaak verantwoordelijkheden op zich nam, die meer bij een hogere positie pasten. Hij had er dan ook moeite mee dat hij desondanks hier niet naar betaald en gewaardeerd werd.

Later is mijn hypothese – je staande houden op arme grond – verder door anderen uitgewerkt.

Voorbeeld 2 uit de praktijk
Een vrouw van 65 jaar heeft sinds 8 jaar reumatische klachten, die zich uiten in ondermeer brandende pijnen van handen en nek. Bijzonder aan haar is dat ze haar werk niet laat liggen totdat ze het af heeft. Dat patroon is ontstaan in de oorlog, toen ze samen met haar ziekelijke moeder in het Jappenkamp zat.

Om zichzelf en haar moeder in leven te houden, had ze het gevoel altijd alles te moeten doen en te regelen, want anders zou ze wel eens de dood van haar moeder op haar geweten kunnen hebben.

Nu is het omgekeerd en moet ze haar werk voor vooral haar kinderen en kleinkinderen af moeten, uit angst dat ze zelf ziek zou kunnen worden of dood zou kunnen gaan.

Ze slaapt ook niet goed en wordt vaak rond 4 uur ’s ochtends wakker en is dan direct bezig met de dingen die ze moet doen.

In dit verhaal zijn een paar patronen te herkennen.

Angst voor verlies en daarmee samenhangend niet kunnen rusten voor haar werk af is. Het eerste patroon past bij arsenicum en het tweede bij kalium. Lichamelijk zien we deze twee elementen terug bij brandende pijnen (arsenicum) en om 4 uur ’s nachts wakker worden bij kalium.

Het middel wat ze van mij krijgt is Kalium arsenicosum. Geleidelijk aan verdwijnen haar klachten en zelfs, wat een wonder genoemd mag worden, verdwijnen de reuma-factoren in haar bloed.

Nu lijkt het vinden van een dergelijk middel op deze wijze geschetst simpel, maar wanneer je als homeopaat bijvoorbeeld “wakker worden om 4 uur ’s nachts” opzoekt, dan vindt je 82 verschillende middelen, waarbij het door mij gegeven middel niet eens genoemd wordt, maar wel de elementen waar het uit is opgebouwd.

De oplossing van een dergelijke casus berust dan ook op een speciale methode, zoals die door Jan Scholten is beschreven zijn zijn boek “Homeopathie en de elementen”.